Veiliger kunt u niet rijden. In Nederland heeft u er al veel plezier van. En tijdens de wintersport nog meer. Als u op winterbanden rijdt, slijten de zomerbanden niet. En omgekeerd. De totale ‘kostenpost banden’ zal tijdens de gebruiksduur van uw auto niet veranderen.
Bij het laten overzetten van winterbanden en zomerbanden kunnen wij uw banden wisselen, reinigen, verzekeren en opslaan voor een tarief van € 37,50- excl. btw per wissel. Dat scheelt ruimte in uw garage!
Als het uw banden betreft, moet u niet alleen over alle veiligheidsaspecten nagedacht hebben, maar ook voorgelicht zijn omtrent alle aspecten van uw band. Er is geen enkel onderdeel aan uw auto, wat zoveel aandacht en oplettendheid vraagt als uw band. Deze informatie is bedoeld om u te laten weten hoe u op een goede manier met uw banden omgaat en waaraan u kunt zien dat het tijd wordt voor een paar nieuwe. Houdt u hierbij goed in uw achterhoofd, dat het niet alleen gaat om de rijeigenschappen van uw auto, maar in de eerste plaats om uw persoonlijke veiligheid. Rij niet op te gladde banden!
Gladde banden zijn niet geschikt voor natte, gladde en met sneeuw bedekte wegen. Slijtage-indicatoren in de lengtegroeven van de band waarschuwen u als de band te ver afslijt. Ze worden zichtbaar als kleine dwarsverbindingen als het profiel tot 1.6 mm is gereduceerd. Eigenlijk moet u niet tot op dat moment wachten, omdat uit veiligheidsoverwegingen het verstandig is om uw banden al eerder te vervangen. In het geval van zomerbanden is vervanging aan te raden bij een profiel van 2 mm. Als het extra brede banden betreft, raden we 3 mm als ondergrens aan. Winterbanden verliezen hun grip op met sneeuw bedekte wegen al bij een restprofiel van 4 mm. Het is dan ook aan te raden om dat type banden bij 4 mm restprofiel te vervangen. Houdt uw band op de juiste spanning!
Voor autobanden geldt hetzelfde als voor een luchtbed. Als er te weinig lucht in zit wordt hij slap. In het geval van de autoband gaat daarmee het contact met de weg verloren. De levensduur van de band loopt terug. Daar komt nog een hoger brandstofgebruik bovenop. Het kan daarom niet vaak genoeg worden gezegd: Kijk eens wat vaker naar uw band en controleer elke keer als u tankt even de bandenspanning. De juiste luchtdruk is waar het allemaal om draait. U kunt het aan de binnenzijde van uw brandstofklepje of van de portierstijl of in het instructieboekje van uw auto vinden. Houdt u er rekening mee dat de bandenspanning varieert met de belasting, rijsnelheid en het type van de band. Als u twijfelt, bel ons op of vraag de vakman. Test elke drie tot vier weken uw bandenspanning. Hierbij ligt de nadruk op het woord “Regelmaat”. Als de bandenspanning al te veel verminderd is, hebt u eigenlijk al te lang gewacht. De meting moet altijd plaatsvinden als de banden nog koud zijn (Minder dan 3 km) Na het rijden met hogere snelheid is de meting niet een juiste weergave van de bandenspanning. Draai de ventieldoppen er weer stevig op. Vervang de verloren doppen direct, anders is er grote kans dat het ventiel niet helemaal meer sluit. Bekijk het rubberventiel op beschadigingen bij de aanhechting van het ventiel aan de band. Sla het reservewiel niet over. Ook hier moet de bandenspanning zo nu en dan gecontroleerd worden, anders komt u bij pech nog eens voor een onaangename verrassing te staan. Uitgangspunt bij de reserveband is: 0.5 bar meer bandenspanning dan in de gewone band. Test ook de buitenkant van de band.
Moderne banden zijn als High-Tech Produkten uitstekend belastbaar, maar natuurlijk niet bestendig tegen het maakt niet uit door welk gebruik dan ook, ontstane beschadiging (AG door onoordeelkundig rijden over stoepranden e.d.). In deze situaties kan het makkelijk tot extra spanningsverlies of beschadiging van de staalrand in de band of zelfs het loslaten van een stuk van het loopvlak van de band komen. Dat is, vooral bij hoge snelheden, buitengewoon gevaarlijk. Daarom zou het goed zijn als u zich de kleine moeite getroost, uw banden regelmatig even nauwgezet te controleren of te laten controleren. Verdachte banden herkent u aan sneden, rafels, bobbels of afgeknapte stukken profiel. Natuurlijk ook binnengedrongen spijkers en andere zaken die in een band niet thuis horen. Bij de controle is het goed dat u zich realiseert dat de banden ook een binnenkant hebben. Vraag aan uw garage om deze binnenkanten bij de beurten te controleren. Het is vaak ook mogelijk om een onregelmatige slijtage van de loopvlakken van de banden te constateren. Dat is altijd een alarmsignaal. Oorzaken hiervoor zijn meestal gelegen in de ophanging of in de uitlijning. Ook de remmen of uit balans zijnde banden kunnen zo’n verschijnsel verklaren. U doet er goed aan om in een dergelijke situatie direct bij de vakman langs te gaan en advies te vragen. Als u namelijk de echte oorzaak hiervan niet wegneemt en wel nieuwe banden plaatst, zijn deze binnen afzienbare tijd weer versleten! Zorg ervoor, dat niks onder de banden komt! Bandenopslag Als de banden zonder zorg ergens in een hoek worden neergezet, kan dat het begin van het einde zijn.